‘Laat de zon in je hart, hij schijnt toch voor iedereen…geniet van het leven, het duurt toch maar even’...
Dit frühlingslied duikt weer op bij de eerste zomerse zonnestralen, het onbewuste weer eens uiterst selectief met het doorgeven van signalen aan het bewustzijn. ‘Wat voor dag is het eigenlijk, welk jaar is het eigenlijk, welke maand is het eigenlijk? Juni?’ nee joh Maart, is dat even fijn en nu al de zomer in de bol.
Het voorjaar inluiden met weer een minifietsvakantie. Deze keer in het zuiden, voor een grotere kans op aangename temperaturen zo vroeg in het jaar. De korte broek smeekt om gedragen te worden. In het land van de blauwe meren is er altijd ergens een ‘see’ of meer te vinden waar je rondom kan fietsen. Met fiets en al in de trein naar startpunt Lugano, iets wat de Zwitsers niet vreemd is, om het geen tour d’Suisse te laten worden en er dit jaar nog geen zadelellende eelt is gekweekt.
In de lente verlaten hele volksstammen hun berghuis, haard en ski’s om alvast wat zon te tanken in het zuidelijke en Italiaanse deel Ticino. Het landschap trekt aan je voorbij, met de neus tegen het raam verdwijnen de besneeuwde toppen van de Grosse Mythen snel. Geen kutkammerij over gedane zaken afgelopen week, the journey begins.
Vino vida fietsie de moderne veni vidi vici.
Startend met een cappuccino op een terrazzia, uitkijkend op het Luganomeer omgeven door vele beboste heuvels. De zon straalt warm, vogels kwetteren, de bediening vriendelijk. De trappers draaien vanzelf, geen zuchtje wind, zeilbootjes op het meer, glinstering over het water, lieflijke dorpjes met gekleurde huizen, mediterraanse vibes. Precies op het moment dat je dorst krijgt, een uithangbord van Feldschlossen, de goedlachse uitbater en jij begrijpen elkaar zonder ook maar een woord van elkaar te verstaan. In de dorpscaféteria lachen verweerde en gebruinde gezichten je toe, de geur van verse huisgemaakte pasta aglio e olio dringt je neus binnen en toevallig is dat nèt waar je trek in hebt. Zo’n dag is het, waarop alles meezit, alles op z’n plek valt en klopt, die eeuwig kan duren. Zo’n dag met een gouden randje. Geluksmomenten zonder daaraan voorafgaand een krampachtig geplande en uitgestippelde zoektocht. Een lichtbundel straalt vanuit het universum recht in je hart en splijt het open. Het overvalt je en keert je binnenste even buiten. Waar heb je dit aan verdiend? En tegelijk; ‘wanneer keert het tij?’....Doemscenario’s flitsen kortstondig langs; klapband, met je kop op de stoeprand, veter en vervolgens tenen in de spaken, noodamputatie…. Cultureel Calvinistisch erfgoed hardnekkig geworteld. Snel weer onderdrukken die doemdenkerij.
Het Luganomeer ligt deels in Italië. Ook al doet het Zwitserse deel voor ons al extreem Italiaans aan, bij het passeren van de landgrens blijkt maar weer dat we er geen flauw benul van hebben. Vertel de Italianen ook zeker niet dat zij en de Zwitsers gelijkend zijn, met vele handgebaren zullen zij dit absurde idee verbaal, maar nog meer non-verbaal ontkrachten. Zwitserland blijft, ondanks de Italiaanse invloeden, Zwitsers met haar georganiseerdheid, punctualiteit, ingetogenheid. Gecategoriseerd in de Winkler Prins encyclopedie bij de (3)R: rust, reinheid en regelmaat.
Direct over de grens valt de wat lossere Italiaanse inborst op. De huizen en straten net wat minder ‘strak’. De auto is weer een vervoersmiddel geworden in plaats van een statussymbool. Vespa’s sjezen kriskras langs. In restaurants galmt een kakofonie aan geluiden, bedrijvigheid, luidruchtige conversaties. La Vita è Bella. Met een ‘aperitivo’ neerstrijken aan het meer, vissers die hun maaltje binnen hengelen. Zemelen in het luchtledige, gewauwel over levenskunsten. Pierewaaien, lanterfanten en flierefluiten aan de waterkant. Dan nog een paar keer raddraaien naar Porto Ceresio voor de siësta kan beginnen. Jawel, Italië heeft hét. Helaas duikt het kronkelige Lugano Lake, via het schilderachtige grensstadje Pronte Tresa, al snel Zwitserland weer in. Heel eerlijk, voor ons koudbloedige noordelingen voelt dat toch ook nog steeds mediterraans. De laatste kilometers nog even genieten van de plaatsjes Caslano, Agno, Morcote, Paradiso. Nog een laatste ‘absäckeli’ en hop nach Hause.
Foto's Lugano Lake








Wat een zalige blog! En een fantastische fietstocht zon te zien en te lezen! Fijn dat je je hersenspinsels met ons deelt, ik
ben er dol op 😘